ZorgaanbodOnderzoekenUrodynamisch onderzoek

Urodynamisch onderzoek

Met een urodynamisch onderzoek kan de oorzaak van plasproblemen en ongewild urineverlies (incontinentie) achterhaald worden. Door computeranalyse van drukken die door kleine sondes worden gemeten, kunnen de blaas- en sluitspieren onderzocht worden.

Verloop

Voor het onderzoek

In de week vóór het onderzoek vul je ook een plasdagboek (mictiedagboek) in. Dit is een lijst waarop je gedurende 48 aaneengesloten uren noteert wanneer en hoeveel je drinkt en wanneer en hoeveel je plast. Je kan ook eventueel urineverlies noteren. Neem dit ingevulde mictiedagboek mee naar het onderzoek. Het mictiedagboek kan je onderaan de pagina terugvinden en afdrukken.

Vijf dagen voor het onderzoek moet je stoppen met medicatie die de blaas beïnvloeden.  Als je twijfelt of je deze medicijnen gebruikt, neem dan contact op met de polikliniek Urologie.

Je hoeft voor de procedure niet nuchter te zijn.

Het onderzoek

Na het uitplassen neem je plaats op de onderzoeksstoel. Je legt je benen in de beensteunen.

Na ontsmetting wordt via de plasbuis een dun slangetje (katheter) in de blaas gebracht. Dit is niet pijnlijk maar kan wel een onaangenaam gevoel geven. Via deze katheter wordt gemeten of er nog een rest-urine in de blaas aanwezig is.

Er wordt een nieuwe, dunnere katheter ingebracht via de plasbuis. Deze katheter zit gekoppeld aan een computer en meet bepaalde drukken in de plasbuis en in de blaas. Om de druk in de buik te meten, wordt via de anus een katheter een klein stukje in de endeldarm gebracht.

Via de katheter die in de plasbuis is ingebracht, wordt de blaas langzaam gevuld met steriel water. Ondertussen meet de computer de druk in de blaas, de buik en de sluitspieren. Wanneer je wat aandrang voelt om te plassen, geef je dit aan. Tijdens het onderzoek word je meerdere malen gevraagd om te hoesten of te persen.

De blaas wordt verder gevuld tot je aangeeft dat de blaas vol is. Daarna mag je plassen. Tot slot worden de katheters en pleisters verwijderd en is het onderzoek afgelopen.  In functie van het resultaat kan aansluitend een cystoscopie volgen.

Na het onderzoek

Na het onderzoek mag je direct naar huis. Je kan gewoon autorijden en reizen met het openbaar vervoer.
Het is mogelijk dat je tijdelijk verhoogde plasdrangt hebt of een irritatiegevoel ervaart op de dag van het onderzoek. We raden daarom aan om na het onderzoek extra te drinken.

Als je koorts krijgt of behoorlijk veel moeite met plassen hebt, neem je contact op met de dienst urologie of je huisarts.

In het geval dat je onmogelijk kan plassen, kom je meteen naar het ziekenhuis via de spoedgevallendienst.

Documenten

Formulier mictiedagboek (.pdf)