Schedelletsel

Lineaire schedelfractuur

De lichtste vorm van beschadiging van de schedel is de barst in het schedelbot. De aanwezigheid van een barst zegt niets over de toestand van de hersenen, meestal zijn deze onbeschadigd en is de patiënt normaal bij bewustzijn. Het risico van een schedelbreuk is het scheuren van een slagadertje van het harde hersenvlies (arteria meningea media) door een botsplinter. Daarom dienen patiënten met een schedelfractuur geregeld hierop gecontroleerd te worden. Op zich behoeft een schedelbreuk geen behandeling en binnen korte tijd is het bot weer aan elkaar gegroeid.

Schedelbasisfractuur

Dit is een schedelfractuur die in de schedelbasis is gelegen. Typisch hierbij is het zogenaamde brilhematoom, met een “blauw oog” aan beide zijden zodat de patiënt op een wasbeer lijkt.
Men moet vooral aandachtig zijn op het verlies van hersenvocht via de neus of keel, gezien dit mogelijk kan leiden tot een hersenvliesontsteking. Een breuk door het dak van de neusholte kan ook de reukzenuw beschadigen, wat tot gevolg heeft dat de patiënt zijn reukvermogen verliest Erger is het als een schedelbasisfractuur verloopt door de uittredeplaats van een oogzenuw en deze beschadigt waardoor het oog blind wordt. Zo kan bij een schedelbasisfractuur die achterin verloopt door het rotsbeen waarin het gehoororgaan is gelegen, de patiënt een beschadiging van het gehoor ondervinden en kan er liquorlekkage uit het oor plaatsvinden. Vrijwel altijd geneest hier de liquorlekkage vanzelf. Een schedelbasisfractuur op zich behoeft geen behandeling, tenzij langdurig liquorlekkage ontstaat. Aan de beschadiging van reuk- of oogzenuw is helaas niets te doen.

Indeukingsfractuur

Hierbij is door een plaatselijk inwerkend scherp geweld het schedelbot over enige afstand ingedrukt. De ingedrukte botsplinters kunnen de onderliggende hersenvliezen beschadigen alsook het onderliggende hersenweefsel. Meestal is de hersenbeschadiging zeer beperkt. Soms is de overliggende huid ook beschadigd en ligt de fractuur met onderliggende hersenen bloot, waardoor risico op infectie bestaat. Zo’n open of zogenaamd gecompliceerde impressiefractuur moet derhalve operatief worden behandeld. Verontreinigingen zoals straatvuil worden uit de wond verwijderd, en bloedingen in de gekneusde hersenen worden tot staan gebracht. Als een impressiefractuur niet open ligt, hoeft hij niet behandeld te worden zolang de indeuking van de schedel minder bedraagt dan de dikte van de schedel. Is de indeuking echter ernstiger, dan moeten de botstukjes die de hersenen beschadigen weer recht worden gezet, omdat anders een litteken in de hersenen ontstaat dat aanleiding kan geven tot epilepsie.